Nederlandse overheid meldt trots: ‘We hebben 2.081.823 abortusdiensten verleend’
De Nederlandse staat financiert massale abortus in het buitenland. Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft een website gelanceerd waarop het trots vertelt in 2017 meer dan 2 miljoen ‘abortusdiensten’ te hebben gefinancierd. Zestien keer zoveel als het jaar ervoor, toen pro-life partij ChristenUnie nog niet in de regering zat.
Abortus als core business
Onder de ‘diensten’ verstaat de overheid zowel abortus provocatus, waarbij het ongeboren kind gedood wordt, als post-abortuszorg. Een groot deel van de 2.081.823 ‘diensten’ bestaat waarschijnlijk uit abortus provocatus. Echter als dienstverleners noemt de overheid organisaties die het uitvoeren van abortus als core business hebben: MSI (Marie Stopes International), IPAS en IPPF (International Planned Parenthood Federation).
Planned Parenthood
Wie het jaarverslag van IPPF leest, ziet dat deze organisatie zich voornamelijk toelegt op het uitvoeren van abortus. Andere ‘diensten’ zijn hooguit lobbyprogramma’s om abortuswetgeving te liberaliseren en PR-offensieven om het ‘stigma’ op abortus weg te halen. Aan psychische zorg voor vrouwen met een post-abortustrauma doet IPPF niet, althans als we afgaan op het jaarverslag.
'Onveilige abortus afwenden'
Marie Stopes Internationaal gaat er in zijn jaarverslag prat op “6,4 miljoen onveilige abortussen” te hebben “afgewend”. Niet “voorkomen”, maar “afgewend” – door zogenaamd veilige abortus, waarbij de moeder minder risico loopt maar het kind gewoon gedood wordt.
624,633 abortussen uitgevoerd
De derde door Buitenlandse Zaken genoemde dienstverlener is IPAS. Dat meldt op zijn website 624.633 abortussen te hebben uitgevoerd in 2018. De ‘post-abortuszorg’ die Buitenlandse Zaken noemt, schaart IPAS onder anticonceptie. Het komt in de praktijk dikwijls neer op het inbrengen van een spiraaltje na abortus. Het spiraaltje heeft echter ook een abortieve werking.
Reactie op Trump
Het aantal van 2.081.823 in 2017 is een verzestienvoudiging ten opzichte van 2016, toen er 127.750 ‘abortusdiensten’ werden geleverd. De stijging is het gevolg van extra Nederlandse inzet, in reactie op de stopzetting van abortussubsidies door de Amerikaanse president Donald Trump. Hiervoor gebruikt de Nederlandse regering het belastinggeld van Nederlandse burgers, ook al is een aanzienlijk deel daarvan tegen het doden van ongeboren kinderen.
Onder de hoede van ChristenUnie
De stijging in 2017 is opmerkelijk omdat datzelfde jaar ChristenUnie toetrad tot de regering. Deze partij heeft in haar programma staan dat zij tegen abortus is. ChristenUnie heeft weliswaar geen bewindsman op Buitenlandse Zaken - de ministers Blok en Kaag zijn van respectievelijk VVD en D66 - maar wel invloed op het buitenlandbeleid.
Lees ook: ChristenUnie-staatssecretaris neemt abortusbevorderende maatregelen
Lili en Howick worden wel beschermd
Die invloed bleek in 2018 toen de Armeense kinderen Lili en Howick teruggestuurd zouden naar Armenië, omdat dit een veilig land is. ChristenUnie bewoog hemel en aarde om de kinderen hier te houden. Met succes. Twee Armeense kinderen zijn beschermd, maar de abortus van twee miljoen ongeboren kinderen door Nederlandse regeringssteun per jaar gaat onverminderd voort. Een politieke keuze met verstrekkende gevolgen.
Laatst bijgewerkt: 8 juni 2021 16:16