WHO-directeur Tedros Adhanom Ghebreyesus probeert de wereldwijde kritiek op het nieuwe pandemieverdrag te bezweren door die tot 'desinformatie' te verklaren. (UN Photo/Elma Okic via Flickr, CC BY-NC-ND 2.0 Deed)
Sluipende dictatuur: hoe nieuw WHO-pandemieverdrag tot meer abortus leidt
Er staat een nieuw internationaal pandemieverdrag op stapel, dat via een omweg bindend dreigt te worden, bovendien de Nederlandse soevereiniteit opheft en inzake gezondheid alle macht aan de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) geeft. De globalistische aspiraties van deze dochter van de Verenigde Naties zijn in de COVID19-periode al duidelijk gebleken. We waarschuwden daar al eerder voor. Maar volgens WHO-directeur Tedros Adhanom Ghebreyesus, is er niets aan de hand.
Machtsoverdracht naar WHO
Het kabinet Rutte jaste eerder al een nationale pandemiewet door het parlement. We hebben het nu echter over het Pandemic Prevention Preparation and Response Accord, een bindend multilateraal verdrag om pandemische ‘paraatheid’ en het van daaruit ‘reageren’ op uitbrekende epidemieën te coördineren. Het verdrag zou in mei 2024 rond moeten zijn. Er zitten echter zeer bedenkelijke kanten aan, zoals een gebrek aan transparantie, de vorming van nieuwe bureaucratische mechanismen met weinig verantwoording, de overdracht van veel macht aan de WHO en ten slotte het openzetten van deuren om tot meer abortus te komen.
Klaarliggend draaiboek
Civitas Christiana, waaronder ook de campagne Stirezo valt, heeft tijdens de Covid-periode twee brochures uitgebracht die waarschuwden voor het misbruik dat van de epidemie gemaakt kan worden door nationale en internationale instanties, met name de WHO, die vooral uit lijken zijn op uitbreiding van de eigen bevoegdheden. De maatregelen tegen Covid, merkten we toen al op, waren zo uniform dat het wel leek alsof er een klaarliggend draaiboek werd gevolgd.
Paradigmawisseling in bioveiligheid
Dit heeft een achtergrond, die we in de tweede brochure De coronacoup hebben uitgelegd. Sinds de millenniumwisseling heeft een paradigmawisseling in de bioveiligheid plaatsgevonden. Die komt er op neer dat men is overgestapt van preventie naar paraatheid, van prevention naar preparedness. Kort gezegd: dat men van de ervaring met eerdere epidemieën is overgestapt op modellen of worst-case scenario’s. Weer anders gezegd: dat men proefondervindelijke risico-afweging (gebaseerd op echte wetenschap) verruild heeft voor het ergste wat men zich kan voorstellen: datgene wat de meeste kans maakt fantasie te blijven, wordt zo het nieuwe uitgangspunt.
Apocalyptische scenario’s
Waarom doet men dit? Wat is daarvan de aannemelijke verklaring? Zoals het spreekwoord zegt: nood breekt wet. Als je macht naar je toe wil trekken en de wet wil kunnen ‘breken’, moet je er dus voor zorgen dat er nood is of zou kunnen zijn, en dat het onderscheid daartussen vervaagt. Nogmaals, we kennen dat van de apocalyptische scenario’s uit de COVID-periode, waarmee de virologen de omstreden mRNA-’vaccins’ aan de bevolking opdrongen. Niet alleen wisten zij dat angst hun prestige en gezag vergrootte, ook heeft menig viroloog zijn belangen verstrengeld met producenten van vaccins. Ze sponnen er garen bij.
Hetzelfde scenario nog een keer
Het lijkt erop dat de WHO opnieuw met een dergelijke manoeuvre bezig is. Waren haar aanbevelingen tot dusverre nooit bindend, nu ligt een nieuw pandemieverdrag klaar, dat zoals een Zwitserse commentator schrijft, “doordrenkt is van een autoritaire post-pandemische geest die je doet huiveren.” Het venijn zit vooral in de voorwaarden waaronder het verdrag zal worden aangenomen. De statuten van de WHO (artikel 19) maken het mogelijk om verdragen aan te nemen als deze een twee derde meerderheid krijgen in de Wereldgezondheidsvergadering (WHA), het bestuursorgaan van de WHO. Dergelijke verdragen worden echter pas bindend voor de lidstaten als ze geratificeerd zijn volgens de nationale grondwettelijke procedures, zoals het hoort. Daar is niets mis mee.
Verdrag na verloop van tijd bindend
Artikel 21 echter staat de vorming van soft law (strikt genomen juridisch niet bindende, maar wel werkzame regelgeving) toe met betrekking tot het voorkomen van de verspreiding van ziekten. Die ‘zachte wetgeving’ hoeft niet door de lidstaten geratificeerd te worden, maar is al van kracht na goedkeuring door de WHA. Weliswaar kunnen deze regels door de lidstaten achteraf al dan niet worden verworpen, maar alleen binnen een beperkte termijn. Dat veronderstelt een zekere parlementaire waakzaamheid, die er echter in de praktijk vaak niet blijkt te zijn.
Ongecontroleerde verdragsaanvaarding dreigt
Omdat het onderhandelen over bindende overeenkomsten moeilijk is, heeft de WHO in het verleden al vaker de neiging gehad om soft law artikel 21 te gebruiken in plaats van artikel 19. Weliswaar heeft het internationale onderhandelingsorgaan (INB) dat door de WHO is bijeengeroepen om het pandemieverdrag op te stellen, zich uitgesproken voor een artikel 19-verdrag, maar de kwestie is nog niet opgelost. Mocht het verdrag toch via Artikel 21 gespeeld worden, dan kan het volledig aan parlementaire controle ontsnappen, door de regering worden aangenomen en doorgevoerd worden zonder politiek debat of controle. Het gevaar is dan niet zozeer dat de WHO directe controle krijgt over het nationale beleid, maar wel dat nationale bureaucratieën gebonden worden aan globalistische bureaucratische eisen, wat evengoed op gespannen voet staat met de nationale soevereiniteit. Daarom heeft Forum voor Democratie, gesteund door PVV, SGP, BVNL, BBB en JA21’er Nicki Pouw-Verweij eerder dit jaar afgedwongen dat het pandemieverdrag aan het parlement ter goedkeuring wordt voorgelegd.
Biden houdt pandemieverdrag geheim
Er
is alle reden op zijn hoede te zijn. In
februari 2023 koos de regering Biden – bizar
genoeg – de kant van China boven die van de
Europese Unie door te eisen dat de onderhandelingen en de concepten
van het akkoord afgeschermd blijven
van het publiek.
Als we erop terugkijken hoe
controversieel en verstrekkend destijds het beleid inzake COVID-19 bleek te
zijn (in combinatie met de nog altijd
aanhoudende en niet verklaarde oversterfte die erop volgde),
dan rechtvaardigt de
keuze voor geheimhouding bij de onderhandelingen over het
een pandemieverdrag de vrees dat het wordt
gebruikt om eenzijdig protocollen
op te leggen die in de meeste landen politiek niet aanvaardbaar
zouden zijn.
Pro-life zorgen
Dat is nog niet alles. Dit pandemieakkoord gaat verder dan de bestaande gezondheidsvoorschriften van de WHO, die betrekking hebben op technische aspecten van het reageren op uitbraken van besmettelijke ziekten. Zoals Civitas Christiana in de twee eerder genoemde coronabrochures heeft benadrukt, kan de afkondiging van pandemieën als platform ingezet worden om controversiële sociale kwesties te promoten, waaronder abortus, ondanks het feit dat abortus geen internationaal erkend mensenrecht is (ondanks alle fanatieke pogingen dat in achterkamertjes ervan te maken).
WHO: geradicaliseerd over abortus
De WHO heeft mettertijd een steeds radicaler standpunt ingenomen over abortus en heeft onlangs een richtlijn uitgebracht waarin wordt opgeroepen tot het afschaffen van alle wettelijke beperkingen op abortus. Erger nog, er wordt daarin geprobeerd het recht van zorgverleners te beknotten om uit gewetensbezwaar af te zien van het verlenen van abortus. Vanaf het begin van de COVID-19 pandemie heeft de WHO volgehouden dat abortus een essentiële ‘dienst’ zou zijn en drong er uiteindelijk bij de landen op aan om de abortusvoorschriften te versoepelen en de uitbreiding van telegeneeskunde (via internet enzovoort) voor het verstrekken van abortusmedicijnen en anticonceptie te overwegen.
Pandemieverdrag als middel tot abortusdoel
De WHO borduurde vervolgens voort op deze aanbeveling in haar abortusrichtlijn van 2022, door deze uit te breiden naar andere contexten dan spoedeisende hulp en door er expliciet op te wijzen hoe telegeneeskunde geholpen zou hebben “bij het ondersteunen van de toegang tot abortus en gezinsplanningsdiensten tijdens de COVID-19 pandemie". Gezien het feit dat de WHO het door haar vermeende ‘recht op abortus’ heeft opgenomen in de tekst van bijna elk bindend VN-verdrag inzake mensenrechten, ondanks het feit dat geen van de teksten de kwestie überhaupt noemt, kan worden verwacht dat de organisatie ook het pandemieakkoord zal gebruiken om abortus aan landen op te leggen.
Abortus als essentiële 'dienst’
Dit is precies het soort abortusactivisme dat bijvoorbeeld ook de regering Biden van de WHO in een nieuw pandemieakkoord lijkt te verwachten. In haar openingsverklaring op de februari 2023 vergadering van de INB, riep de Amerikaanse ambassadeur Pamela Hamamoto specifiek op tot "toegang tot essentiële gezondheidszorgdiensten tijdens pandemieën, inclusief seksuele en reproductieve gezondheidsdiensten", een taalgebruik dat routinematig wordt gebruikt om abortus te promoten. Er is dus alle reden de behandeling van de nieuwe pandemiewet zeer kritisch te volgen, omdat die na het uitroepen van een pandemie, de WHO onvermijdelijk de bevoegdheid zou geven om een verscheidenheid aan maatregelen voor te schrijven, waaronder het bepalen welke diensten als "essentieel" moeten worden beschouwd. Niemand hoeft er meer aan te twijfelen dat abortus dan door de WHO met prioriteit als zo’n essentiële ‘dienst’ naar voren zal worden geschoven.
Geen weerlegging van de kritiek
Het nieuwe pandemieverdrag ligt om bovengenoemde
redenen wereldwijd onder vuur. Zozeer zelf dat directeur-generaal
Tedros Adhanom Ghebreyesus zich onlangs genoopt zag
om in een video alle kritiek erop tot “desinformatie” te
verklaren. Hij is vooral bang dat hierdoor de acceptatie van het verdrag vertraging
zal oplopen. Worden de onderhandelingen daarom geheim gehouden?
Tedros, die eerder al zijn abortusstandpunt als wetenschappelijk en dus tot alleenzaligmakend verklaarde, doet geen enkele moeite de kritiek te weerleggen, maar beperkt zich tot het waarschuwen voor de “politisering van wetenschap en het ondermijnen van
vertrouwen in onze instellingen.”
'Kritiek op ons is desinformatie'
Tedros meent dat we moeten leren van
COVID-19: “Dat is de reden waarom de WHO een plan heeft ontwikkeld
voor een rechtvaardige, inclusieve en coherente globale architectuur
voor paraatheid bij noodsituaties inzake gezondheid en de maatregelen
daarop, met rechtvaardigheid als kern.” Zoals een commentator
schrijft, klinkt deze in modieuze, politiekcorrecte bewoordingen verpakte boodschap nogal veel als “het oude liedje dat de verschillende
globalistische groepen, officieel of anderszins, voortdurend
aan de naties van de wereld proberen op te dringen. Hun boodschap:
het zijn niet de instanties die fout zijn - het is de 'desinformatie'
die hen slechts zo doet schijnen". U bent dus gewaarschuwd...
Laatst bijgewerkt: 30 november 2023 07:02