Abortusdesinformatie: van twee naar drie miljoen ‘abortusdiensten’
“Drie miljoen onveilige abortussen” in 2018. Die zegt het ministerie van Buitenlandse Zaken (sinds begin 2018 onder leiding van D66’ster Sigrid Kaag) in ontwikkelingslanden te hebben “voorkomen”. Het meldt dit op zijn speciale resultatenwebsite. Maar waarom heeft het ministerie voor abortus opeens een dubbele ontkenning nodig?
‘Abortusdienst’
Voor het jaar daarvoor, dus voor 2017, liet het ministerie eerder weten meer dan twee miljoen “abortusdiensten” te hebben “verleend” . We meldden dat op deze site. Het is duidelijk dat een “abortusdienst” vaak het doden van een ongeboren kind inhoudt, maar ook dat een ‘abortusdienst’ daarmee niet een op een hoeft samen te vallen. Het kan theoretisch ook een informatiegesprek zijn of nazorg (voor de moeder uiteraard, want het kind is dan al dood).
Moederschoot
Waarom smeert het ministerie vaseline op de lens? Waarom steeds meer onscherpte? Waarom spreekt het ministerie in 2017 van twee miljoen verleende abortusdiensten, en in 2018 van drie miljoen “onveilige abortussen” die zijn “voorkomen”? Betekent dit dat die door “veilige” abortussen zijn vervangen? Dat drie miljoen ongeboren kinderen in ontwikkelingslanden in de moederschoot zijn omgebracht? Met Nederlands belastinggeld? Het zou zomaar kunnen.
Lees ook: Stirezo biedt petitie tegen abortussubsidie door minister Kaag aan
Abortuscijfers
Waar Buitenlandse Zaken in ieder geval niet omheen draait: dat het intensief samenwerkt met abortusorganisaties als Planned Parenthood en IPAS en dat het langs die weg het doden van ongeboren kinderen met belastinggeld subsidieert. Dat is dus duidelijk. Maar waarom blijft Buitenlandse Zaken zo schimmig over de behaalde abortuscijfers? Over het concrete aantal gedode ongeboren kinderen dat het op zijn conto mag bijschrijven?
Verkoopprobleem
De vraag stellen is haar beantwoorden. Nu abortus dankzij pro-life organisaties als Stirezo veel van zijn ideologische glans aan het verliezen is, lijkt vaagheid de nieuwe tactiek te worden. Abortus blijft immers, hoe je het ook wendt of keert, het doden van een ongeboren kind. Het heeft daarmee een verkoopprobleem, want wie wil als kindermoordenaar te boek staan? Of als medeplichtige?
Essentie
Daar heeft het abortussyndicaat – die onfrisse mengeling van linkse ideologie, feminisme en op winst beluste aborteurs – blijkbaar wat op gevonden: desinformatie verspreiden die de aandacht zoveel mogelijk naar bijzaken afleidt, weg van het te vermoorden ongeboren kind. Buitenlandse Zaken doet daaraan volop mee. Bijvoorbeeld door almaar te benadrukken dat abortus ‘veilig’ moet zijn. Voor de moeder welteverstaan, want haar kind wordt bij een ‘veilige’ abortus natuurlijk net zo goed gedood als bij een ‘onveilige’. Veilig of onveilig, het doden van het kind blijft de essentie van abortus. Het is moord, de schending van het Zesde Gebod: ‘Gij zult niet doodslaan.’
Lees ook:‘Uitroeien van minderheden was oprichtingsdoel Planned Parenthood’
Recht op leven
Een andere vorm van desinformatie is abortus voorstellen als een ‘recht’. Van de vrouw welteverstaan, namelijk om haar eigen kind te doden of te laten doden. Het ongeboren kind komt in deze logica geen enkel recht toe, zelfs niet het primaire recht op leven: het wordt immers gedood. Nogmaals, niet het menselijk leven maar het doden daarvan is de essentie van abortus: het prille menselijke, door God gewilde leven wordt gewelddadig afgebroken.
SRGR
Weer een andere wijze van desinformatie is abortus wegstoppen in containerbegrippen. Bijvoorbeeld in SRGR. Dat zijn de zogenaamde, uit lucht gebakken ‘Seksuele en Reproductieve Gezondheid en Rechten’. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken maakt daar uitbundig propaganda voor. Want ‘gezondheid en rechten’, wie kan daar tegen zijn? Toch mogen die voor het kind niet bestaan, dat nota bene in het kader van diezelfde ‘gezondheid en rechten’ ter dood wordt gebracht. Want daar is het bij abortus steeds weer om te doen.
Post-abortussyndroom
De desinformatie en nieuwspraak omtrent abortus zijn structureel. Zwangerschap is nooit een ziekte, ook niet als die ongewenst is. En het doden van het ongeboren kind is geen medische ingreep en betekent voor niemand ‘gezondheid’, zeker niet voor het te doden kind, maar ook niet voor de moeder, wier lichamelijke gezondheid in het beste geval geen schade leidt, terwijl abortus voor haar geestelijke gezondheid wel degelijk een bedreiging vormt. Denk aan het post-abortussyndroom: je leven voorzetten in de wetenschap dat je je eigen kind hebt laten doden, blijkt vaak geen sinecure.
Lees ook: Nederlandse overheid meldt trots: ‘We hebben 2.081.823 abortusdiensten verleend’
God ziet alles
Voor iedereen die even doordenkt, is het officiële woordgebruik rond abortus boerenbedrog. Het doel daarvan is duidelijk: door de aandacht steeds maar weer af te leiden naar het vermeende ‘heil’ voor de moeder, verdoezelt het abortussyndicaat het reëel bestaande onheil voor het kind: dat wordt levend in stukken gescheurd nog voordat dit het daglicht heeft mogen aanschouwen. Alles onder het motto: wat niet weet, wat niet deert. Maar God ziet alles.
Nobele zaak
Laat Buitenlandse Zaken in zijn ‘Resultatenrapport’ en de bijbehorende website hom of kuit geven. Hoeveel ongeboren kinderen worden er jaarlijks concreet met Nederlands belastinggeld in ontwikkelingslanden gedood? Als abortus werkelijk de nobele zaak is die het officiële woordgebruik van ‘reproductieve gezondheid en rechten’ suggereert, dan moeten de behaalde cijfers ook in alle ondubbelzinnigheid en zonder valse schaamte bekend gemaakt worden.
Laatst bijgewerkt: 11 mei 2021 11:25